DONDERDAG 14 AUGUSTUS

donderdag 14 augustus

Op weg naar Livingstone. Bernard nam zijn voorzorgen voor diefstal : de tv en alle hifi + zijn autoband verstopt hij achter slot en grendel.
Anna zal tijdens onze reis hier wonen om op het huis te passen.

Als we na een weekje hier terugkomen zien we dat Godfrey zijn naam in het stof van de auto schreef. Hij droomt er dan ook van om een eigen wagen te bezitten : de foto die ik van hem genomen heb, moest met de auto zijn en met de stelligste belofte dat ik hem zou opsturen !

Eenmaal op weg geef ik weer goed mijn ogen de kost.

Alles gebeurt in vele gevallen per buurt. Terwijl we door Lusaka rijden zien we eerst een straat waar kasten op het voetpad staan , afgewerkte kasten en kasten waar ze nog aan bezig zijn.
Dan een straat vol levende kiekens in gevlochten kooien, een “zetel”straat, een “houtskool”straat. Een straat waar mensen grote keien tot “gravée” kloppen ( gewoon met een kleine steen op een grote steen tot de stukjes ervan afvliegen) Zelfs kinderen helpen bij dit karweitje en hun snoetjes zien wit van het steenstof.

Als we Kafue naderen, zien we verschillende standjes met souveniers, we kopen 2 giraffen(30000kw) 3 notenschaatltjes + rieten mand (50000kw) 1 nijlpaard ( 35000kw)

Verderop rijden we over de Kafue rivier. Daarna zien we over verscheidene kilometers, onder elke boom die een beetje schaduw biedt, mannen met een vis zwaaien. Ze slaan er bijna mee tegen onze autoruit, ja ja jongens we hebben jullie wel gezien hoor ! Het is tilapia uit de Kafuerivier en hij lijkt een beetje op een baars

Tussen Kafue en Livingston is er buiten een paar kleine stadjes niets te zien. We zien ook geen huttendorpen langs de weg. Nu en dan zien we een paar kinderen uit de graskant kruipen op weg naar school alhoewel die in de verste verte niet te bespeuren is. We zien niets, gras en hier en daar een paar boompjes ….vanwaar deze ukjes komen en naar waar ze gaan….geen flauw idee !
Op regelmatige tijdstippen komen we ook vrouwen en kinderen tegen die blijkbaar van de markt komen ook al zien we niets van de bewoonde wereld en is er op deze weg geen tot weinig verkeer.

We stoppen in Mazabuko om iets te eten ; ttz, vlug uit de auto springen en in een benzine station met eetgelegenheid een hamburger kopen. Zoals in de meeste benzine stations ( om niet te zeggen alle) is de eigenaar een Indiër. Eenmaal binnen is de zin om te eten bij Ignace en mij nogal gauw verdwenen. ’t Is kosjer zegt Bernard want ’t is nen Indiër. Hij en zijn gezin spelen met veel smaak een hamburger achter de kiezen en ze hebben veel leute als wij ons enkel aan droog brood, een paar repen mars en een potteke yoghurt durven wagen.

De diesel verbruikt toch meer dan we gedacht hadden en de meter begint vlug te dalen. In de eerste twee dorpjes echter “leeg” zodat we net op tijd aankomen in Monzé waar diesel te vinden is. Bij het uitstappen word ik omringd door kinderen van een jaar of 11 met zwaarbeladen manden op hun hoofd om sinaasappelen of bananen aan te prijzen.

Om 17u45 komen we aan in Livingstone en kan onze zoektocht naar een overnachting beginnen.
Van een misverstand gesproken, ik dacht dat Bernard hier alles wist en mijn lonely planet ligt thuis op de kast in onze slaapkamer.Hij had die nochtans graag ne keer ingekeken want ook hij ontdekt graag nog eens nieuwe dingen in een streek waar hij al was.
Bernard herinnert zich een mooie en prijsvriendelijke lodge aan de oever van de Zambezi. We rijden een paar keer over en weer en vinden de lodge niet : opgedoekt ?

Dan maar iets anders proberen, maar de prijsvriendelijke lodges zitten vol en de andere zijn ons toch iets te duur : 80 tot 120 $ voor een kamer twee personen. ; maar dan wel poepsjiek !
Op de parking van de "waterfront lodge" springen bavianen van de ene tak naar de andere : dus ramen van de bus goed afsluiten !
Als we onze weg vervolgen, ontdekken we zomaar langs de kant van de weg vijf olifanten die de bomen plunderen. De takken vliegen heen en weer en kraken onder hun geweld. Om olifanten te zien is het dus blijkbaar niet nodig om op safari te gaan, ze lopen hier gewoon rond….
Lucy belt een vriendin ter plaatse en die kan voor ons iets versieren in het “New Fermount Casino Hotel” . De kamers zien er verzorgd uit maar je kan toch zien dat dit hotel nu niet meer bij de klasse van de klasse gerekend wordt. Het water in het zwembad is nogal aan de groene kant en de trap is roest. De lakens op ons bed zijn tekort zodat we met onze voeten bloot liggen en de badkamer is duidelijk in de stijl Queen Elisabeth. Maar zeker geen klagen : alles er er kraaknet !
Bij de “waterfront lodge” was enkel het personeel van de lokale bevolking. Hier in de Fermount zijn enkel wij drieën blank.Ignace kiest een Indische schotel voor 25000kw en ik eet een zwart en heel goed doorbakken biefstukje, 25000 kw.

We moeten Asante goed in de gaten houden want hij kickt erop om alle zoutvaatjes van de andere tafels om te kieperen. Hij is natuurlijk moe van de lange busreis en een beetje “landerig”. Ignace wil hem opmonteren door het kabouter Plop lied te zingen waar Asante thuis verschillende video’s overheeft. Geen goed idee want nu begint Asante te huilen en “watch plo-ooop” te roepen.
Bernard heeft de ganse busreis geconcentreerd moeten rijden en zijn zenuwen zijn natuurlijk ook al een beetje aan de gevoelige kant : “Ignace , moete gij nu over dat kieken van nen Plop beginnen …..gvdmme en miljaarde toch…

Hier in ’t hotel is het mogelijk om op internet te gaan en ik wil wel een mailtje naar het thuisfront sturen. Het duurt toch een 10 – tal minuten alvorens ik op yahoo ben en al die tijd is de ‘betaal-klok’ al aan het lopen (vanaf dat de verbinding opstart) dus vlug-vlug een berichtje typen want wat zal dat niet kosten …. ’t Viel allemaal best mee : 6000 kw of 60 Bf of ongeveer 1,5 € … goed te doen, zeg maar….

Geen opmerkingen: